Ook Joseph Smith, de grondlegger van het mormonisme, zocht zijn inspiratie aanvankelijk vooral in de Bijbel maar het mormoonse restaurationisme was "veel alomvattender dan bij enige andere groep" (Ludlow 1992, p. 1221). Vooraanstaande restaurationistische bekeerlingen tot het vroege mormonisme waren o.a. Parley P. Pratt, Sidney Rigdon, Martin Harris, Orson Hyde en Edward Partidge.
Nadat de mormonen waren neergestreken in Commerce, Illinois – een plaats die zij omdoopten tot "Nauvoo" - begonnen de ideeën van Smith steeds verder af te wijken van het christelijke restaurationisme:
"In Nauvoo introduceerde Joseph veel unieke mormoonse leerstellingen. Deze waren niet alleen nieuw voor de christelijke tijdgenoten van de profeet buiten de kerk maar werden vóór 1839 ook niet of nauwelijks onderwezen aan de Heiligen der Laatste Dagen. De[ze] vernieuwende theologische ideeën (…) betreffen enkele van de meest centrale leringen en praktijken van het mormonisme: het celestiale huwelijk [i.e. polygamie], de familieband van God de Vader en zijn zoon Jezus Christus met de mensheid, de aard van God, de stoffelijkheid van "geest", verordeningen voor de doden en de tempelrituelen" (Porter & Backman 1992).
Met de invoering van deze leerstellingen namen de mormonen afstand van het traditionele christendom. Na de dood van hun profeet Joseph Smith in 1844 trokken zij weg uit Nauvoo naar het afgelegen en onherbergzame territorium van Utah. Deze geografische isolatie versterkte hun sociale, economische en religieuze isolatie. De rethoriek uit die dagen was uitgesproken anti-Amerikaans en anti-christelijk.
Aan het einde van de negentiende eeuw werd Utah opgenomen in de vaart der volkeren als vijfenveertigste van de Verenigde Staten van Amerika. Hiermee kwam een einde aan de vervlechting van kerk en staat, die zo kenmerkend was geweest voor de eerste mormoonse gemeenschappen en die de belangrijkste oorzaak was van de conflicten tussen de mormonen en hun Amerikaanse buren.
Het restaurationistische antagonisme tegen het traditionele christendom bleef echter nog geruime tijd bestaan. Pas aan het begin van de jaren tachtig van de twintigste eeuw begonnen de mormonen zich weer te profileren als christenen. In 1982 werd een nieuwe ondertitel toegevoegd aan het Boek van Mormon om dit te benadrukken: "Eveneens een Testament van Jezus Christus". In 1995 werd het logo van de kerk aangepast zodat de naam "Jezus Christus" meer opvalt, en in 2008 lanceerden de mormonen de website www.jesuschrist.lds.org - veertien jaar nadat de kerk voor het eerst het internet opging en ruim twee jaar na de publicatie van www.josephsmith.net.
Deze oppervlakkige kenmerken kunnen echter niet verhullen dat de mormonen vandaag de dag nog steeds vasthouden aan die "vernieuwende" en "unieke" leerstellingen uit de tijd van Nauvoo. Ook laten deze cosmetische ingrepen onverlet dat de mormonen de meeste opvattingen van het traditionele christendom nog steeds verwerpen (Hinckley 2002a, 2007; Holland 2007).